Sandy staat op ontploffen. Over een kleine 85 dagen zal de ontsteking in actie schieten, maar vooralsnog tikt de teller lustig verder af. Het is alleen te hopen dat haar buik in die periode niet even hard groeit als de afgelopen maand. Als voor een zwangere, half immobiele vrouw zorgen al niet zo gemakkelijk is, dan wil ik namelijk niet geconfronteerd worden met een zwangere, compleet immobiele echtgenote. Om maar te zeggen dat ze goed op schema lijkt. Dit in tegenstelling tot de werken aan de kinderkamer die onder invloed van de drukke agenda verwaarloosd zijn. Gelukkig heb ik nog een bruggepensioneerde schoonvader die graag de handen uit de mouwen steekt. Sloopwerken Marcel heeft in een aantal dagen namelijk de volledige zolderverdieping gestript van alle overtollig materiaal, om er een bureauruimte van te maken. Pas als die ruimte klaar is, kunnen we alle overbodige meubels uit de kinderkamer verhuizen en echt aan de slag. Die acties indachtig, informeren we afgelopen weekend bij een vriend naar de prijs van 300 liter stabilisé of chape. Excuses aan de Nederlanders die beide woorden niet kennen, maar ik ken het AN hiervoor niet. In ieder geval: de vloer wordt ermee gestort. De vriend in kwestie werkt bij een bouwbedrijf dat handelt in stabilisé en allerlei aanverwant spul. Hij heeft zich daar bij wijze van studentenjob de (on)dankbare taak toegeëigend de directiewagens te wassen. Dankbaar omdat men erkentelijk is, ondankbaar omdat de met ziekelijke precisie gezeemde ramen en verschoonde velgen in een bouwbedrijf niet lang in die toestand verkeren. Daar staat tegenover dat de beste jongen ermee kan opscheppen wekelijks achter het stuur van de laatste Mercedes of de nieuwe Porsche te zitten. Met zijn redelijk vers rijbewijs duim ik dat dit nog enige tijd zo zal zijn. We vragen dus of hij ons de prijs van de chape kan vertellen. Dat is volgens hem maar 1 SMS-je verwijderd en prompt stuurt hij een collega een berichtje met de betreffende vraag en de mededeling aan ons dat we zo antwoord krijgen. Maar een tegen-SMS blijft enige tijd uit. De SMS die veel later toekomt veklapt de toedracht en laat niet veel aan de verbeelding over: “Veer zien op de stoet en allemoal noar de kloete! Alaaf!” (wij zijn op de stoet en allemaal naar de kloten). Het lijkt erop dat we de ontnuchtering moeten afwachten voor een zinnig antwoord. We kunnen echter niet zeggen dat er nog helemaal niets gebeurd is voor de kinderkamer. Ik heb al eerder bericht over een blauwe, uit het gamma genomen, kast van Ikea waar we tweedehands naarstig naar op zoek waren. Ons geduld inzake dat meubel werd aardig op de proef gesteld, want schijnbaar groeien die dingen in Noord-Holland aan de bomen, terwijl de lokale zoekertjes steevast niks opleveren. Vorige week hebben we dan toch plots beet. 30 km hiervandaan, in Wallonië nota bene. Nu heb ik Frans altijd een mooie taal gevonden, en kan ik ze nog redelijk schrijven ook, maar Frans spreken huist in hetzelfde hersengedeelte als kantklossen. En nee, kantklossen is niet één van mijn vaardigheden. In mijn beste “Je tu il elle nous vous”-Frans neem ik dus contact op en wonderbaarlijk slaag ik erin een afspraak te maken om “l’armoire” op te gaan halen. Althans, ik ben er redelijk van overtuigd dat ik een afspraak heb, want zover ik van de man begrijp, heeft hij de kast opnieuw geadverteerd omdat we te lang niets lieten horen (zijn antwoordmail zat tussen onze spam). Het stuk tussen het begin van die uitleg en het maken van de afspraak heb ik niet helemaal begrepen. Daar komt nog bij dat Sandy en mijn schoonvader samen het meubelstuk gaan halen. Het enige Frans dat ooit over Sandy haar lippen kwam, is “croissant” (toegegeven, beter uitgesproken dan het in Nederland gehanteerde “krazant”), en Marcel heeft het ook niet echt via de schoolbanken meegekregen. Gelukkig komt het tweetal toch met de gloednieuwe tweedehandskast thuis. We strepen het weg op de TODO-lijst. Stond eigenlijk ook nog open: de rest van de kinderkamer. In diezelfde week blijkt echter tot onze schrik en ergernis dat de Zweden nu ook al het blauwe kinderbedje aan het uitfaseren zijn. Het is uitverkocht in alle (twee) Ikea’s in de buurt en men krijg het ook niet meer binnen. Een telefoontje leert dat Ikea Eindhoven er nog 2 heeft, maar dat men het niet kan reserveren. Of: hoe een rit van uur te riskeren (en een uur terug) voor mogelijk niets. Weer stuur ik Sandy en Marcel op pad, die overdag wel iets beters te doen hebben, maar nu eenmaal meer tijd hebben dan ik. Die stormen de volgende dag de meubelgigant binnen, rechtstreeks naar de rekken, alwaar ze nog 1 exemplaar aantreffen dat ze onverhoeds op hun kar gooien. Dat kunnen ze al niet meer afpakken. Van de weeromstuit pakken ze ook al de rest van kinderkamer mee. Met die Zweden weet je immers nooit.