Functioneel halfnaakt

Zwemmen, je kan het niet vroeg genoeg leren. Al kom je met je navelstreng snorkelend door het vruchtwater ter wereld, veel verder dan wat bodemknuffelen geraak je niet in je eerste levensjaren. Dat is ook de trendwatchers niet ontgaan. Aldus lanceerden zij het immens populaire watergewenning voor baby’s. Stel u voor: 1 zwembad, een tiental vaders en/of moeders plus evenveel uks en tenslotte een instructeur of instructrice.

Ik weet dat allemaal uiteraard niet omdat ik de Flair lees. Ik bedoel niet dat ik de Flair niet lees. Of zou lezen, want we hebben die non-literatuur niet in huis. Mocht onze leesportefeuille echter dergelijk abonnement behelzen, het blad zou nooit de aangename sensatie van mijn warme, bladerende vingers mogen ervaren. Het zou sterven op de salontafel als een gedeformeerde vlinder die met gespreide vleugels rechstreeks uit zijn cocon op de grond dondert. Zulk lot zou dat tijdschrift hier dus beschoren zijn.

Behalve dan die strip achterin, natuurlijk. Of dat ene artikel waarin vrouwen uitleggen wat ze fijn vinden in bed. En misschien ook nog die fotoreeks van lezeressen over hun blote borsten. Maar meer ook niet. Denk ik.

Nu goed, mijn kennis over watergewenning heb ik dus niet uit de gespecialiseerde pers, maar uit eerste hand. Wekelijks staat deze voorbeeldige vader namelijk zijn dochter in het kabbelende water te soppen. Of langs de kant te kijken hoe zijn vrouw dat doet. Omdat het geen optie is dat soort sleutelmomenten in het leven van je kind te missen, ben je namelijk voor de zekerheid in tweevoud aanwezig.

Maar omdat we hier spreken over een stedelijk zwembad met bijbehorende ambtelijke regelgeving, wordt die dubbele interesse niet gefaciliteerd. Dat zou namelijk betekenen dat men rekening moet houden met de klant in plaats van de eigen administratie. Terwijl dus één partner zich via het watergewenningsloket toegang mag verschaffen tot de aquafaciliteiten, dient nummer twee nog een paar minuten voor een gesloten loket te duimendraaien. Gesloten is misschien een te sterk adjectief. Laten we het erop houden dat er weliswaar een ambtenaar achter het glas, nuja, beweegt, maar dat die het raampje niet opzij mag schuiven voordat het zwembad publiek toegankelijk is. Mocht iedereen zijn ambt zo plichtsbewust vervullen, het Bruto Nationaal Product zou terstond verdubbelen.

Er bestaat echter ook zoiets als je job te serieus nemen. Zo las ik deze week bijvoorbeeld over een Engelse voormalig ingenieur met een passie voor tunnels. Ik gis dat de arme man die hartstocht niet echt kwijt kon in zijn job. “Houden de Engelslui dan niet zo van tunnels?” is de eerste vraag die daarbij in mij opkomt. Hoedanook, de stakker had er niet beter op gevonden dan 40 jaar lang handmatig zijn eigen woonst te ondertunnelen. In zo’n geval kun je veilig stellen dat de passie voor de stiel redelijk ongezonde proporties aanneemt.

Wat er ook van zij, dat raampje schuift alsnog opzij zodat ook de partners de badruimte in kunnen stromen. Tot er plots een overijverige zweminstructeur opduikt. Druk gesticulerend probeert hij de watergewenningwatchers iets duidelijk te maken. Ik waad wat dichterbij door het ondiepe water, Sterre op de arm. “Jullie mogen hier zo helemaal niet binnen,” vang ik op. Ik sla de handvol luisteraars gade, en bespeur geen extreem vreemde klederdracht, noch ruik ik iemands buitensporige lichaamsgeur of zo. “Wie hier binnen komt, moet badkledij aandoen!” Ik probeer nog te opperen dat mijn vrouw wel gewoon entree betaalt om vervolgens niet te komen zwemmen. De man is categoriek: “Ben jij ooit in een zwembad geweest waar ze gewone kledij toelaten?” Die vraag is minder rethorisch dan gehoopt, doch op het gevaar af betweterig over te komen, laat ik de man in zijn waarde.

Het ligt de kerel duidelijk zwaar op de maag, maar hij zal het door de vingers zien, tenzij één van de redders er iets van zegt, die kleren. Hij bedoelt eigenlijk: tenzij mensen die wél bevoegd zijn, hun zaak aanhangig komen maken. Mensen die allang gezien hebben hoe iedereen erbij loopt.

Ik probeer bij mezelf te raden naar de beweegredenen van het geagiteerde heerschap. Het kan bijna niet anders zijn, of hij heeft net de grootste moeite gehad om zijn volledige zwemclub ervan te overtuigen dat ze de badruimte niet met T-shirt of dergelijke mogen betreden. Het moet iets van die orde zijn dat de aders in zijn hals zichtbaar doet kloppen.

Ik los mijn verbale beet, slik nog wat woorden in en besluit dat dat wel zal volstaan voor een redelijk gevulde blog entry.